top of page

Capreolus capreolus in de pers



Vanmorgen horen we op het lokale nieuws op Radio2 West-Vlaanderen dat er meer en meer reeën slachtoffer worden van het verkeer. Ook VRT NWS neemt het bericht over. Als jager horen we heel vaak van ongevallen met reewild. Geen uitzondering dus.

In de reportage over reewild in de Westhoek (Heuvelland, Ieper en Poperinge) komt Lieven Stubbe, gepensioneerd Milieu- en landschapsambtenaar en natuurgids bij Natuurpunt aan het woord die enkele zaken vertelt die die ons de wenkbrauwen doen fronsen...


“De eerste reeën waren er al in de jaren '80 en sindsdien is het aantal enorm gegroeid. Nu zitten er al meer dan 100 reeën in onze bossen. Er is een betere natuurbescherming en er wordt veel minder gejaagd op reeën. Dat zorgt ervoor dat het aantal groeit.”

Dat er al sinds de jaren '80 reeën in de Westhoek voorkomen, dat klopt. Dat er slechts een 100-tal zouden zitten en een tiental per jaar geschoten worden, klopt absoluut niet. Dat er nu veel minder gejaagd wordt op reeën klopt ook niet. Als we er de officiële afschotcijfers van de laatste 5 jaar bij nemen, dan zien we dat het afschot stabiel blijft rond 80 à 100 stuks. Vorig jaar werden 101 reeën geschoten in de Westhoek. Mochten er maar een 100-tal zitten, dan zou er nu geen populatie reeën meer zitten. De cijfers zijn te raadplegen via de overheidswebsite van INBO wildapp.


"De dieren zijn ook veel meer gewend aan de aanwezigheid van mensen, waardoor ze minder schuw zijn. Je zal ook groepjes van vier of vijf reeën tegenkomen langs de kant van de weg. Vroeger waren ze bijna altijd alleen op pad.”

Wanneer een gewezen Milieu- en Landschapsambtenaar die nu als natuurgids bij Natuurpunt actief is, dergelijke zaken in de pers gaat vertellen, dan stellen wij ons daar terecht vragen over. De man zal ongetwijfeld wel wat van natuur kennen, maar als je een interview geeft over reewild en je kent van het onderwerp niet voldoende, dan laat je beter iemand aan het woord die weet waarover hij of zij spreekt natuurlijk. Wat wel zou kunnen is dat hij met 'vroeger', de zomer bedoelde ;-)

In de winter, als de beschutting minder wordt, dan gaan reeën in groepen leven. Dat doen ze om energie te besparen en omwille van eventuele voedselschaarste. Door voedselschaarste moeten reeën vaker hun eigen territorium verlaten om voedsel te vinden. Zo’n groep reeën wordt een sprong genoemd en deze kunnen tot wel 30 dieren groot worden.


Een mooie populatie reewild is ook te danken aan goed beheer van jagers. Dat de automobilist gesensibiliseerd moet worden, daar zijn we het zeker mee eens. Daarnaast zien we dat verschillende WBE's moeite doen om wildspiegels te plaatsen, maar misschien kan daar vanuit de overheid of Natuurpunt ook wat meer aan gedaan worden?

Elke zomer roept de jachtsector (Overstekend wild!) ook op om voorzichtig te zijn tijdens de schemer, omdat reewild dan net heel onvoorzichtig is en zich vaak niet eens bewust is van wandelaars, fietsers of automobilisten.


Ook de zin "Het diertje heeft nog 20 minuten liggen spartelen en kermen" is iets wat wij als jachtsector niet graag lezen. Een jager wil geen dieren zien lijden en doet er alles aan om een dier zo snel mogelijk uit zijn lijden te verlossen. In Frankrijk kent men de wettelijk term 'tir sanitaire' en in Duitsland heet dat 'Hegeabschuss'. Dat zorgt ervoor dat je als jager een dier uit zijn lijden kan verlossen als dat niet binnen de wettelijke periode van jacht op de soort is. Vlaanderen is vaak heiliger dan de paus, maar op dit gebied hinken we vooral helemaal achteraan.


Kristof Vandewoestijne

Team Jagersliga



272 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page